Samir is een student bij een sociaalwetenschappelijk opleiding aan de universiteit en lid van de universitaire studentenraad. Hij heeft twee perspectieven op het onderwijs. Voor zichzelf wil hij graag meer grip hebben op zijn studieloopbaan, meer inzicht in zijn studiebegeleiding en efficiënt kunnen samenwerken met medestudenten. Als studentbestuurder wil hij graag dat dit soort gegevens veilig en systematisch voor alle studenten ontsloten kunnen worden.
Hij heeft het gevoel dat dit zou moeten kunnen door gebruik te maken van studiedata. Studiedata zijn geaggregeerde data van onderwijsinstellingen over studenten die relevant voor hem kunnen zijn als student, zoals gegevens over zijn studievoortgang, prestaties, deelname aan het onderwijs en struikelvakken.
Maar hij kent ook de discussie over de ethische grenzen aan het gebruik van dit soort gegevens; digitalisering moet uiteraard niet ten koste gaan van de privacy en het welzijn van studenten.
Op dit moment heeft hij het idee dat zijn opleiding nog te weinig doet met studiedata.
Ondanks de heldere studiegids en studiehandleidingen, valt hij bij het plannen van zijn studie en het voorbereiden op tentamens toch vaak terug op zijn intuïtie. Meestal is er weinig data beschikbaar over een goede planning en studie-aanpak, of blijkt de data die er wel is niet actueel. Hij vindt het ook lastig om te bepalen of een studieprobleem of struikelvak uitzonderlijk is voor hemzelf of eigenlijk speelt onder alle studenten. Hij heeft het idee dat dat soort trends juist veel kunnen zeggen over mogelijke verbeterpunten voor docenten in zijn opleiding. Dat moet toch beter kunnen?
En stel dat zijn opleiding intensief met studiedata aan de slag gaat, letten ze dan wel goed op zijn privacy en hebben ze dan wel het beste voor met zijn welzijn? Er leven onder studenten namelijk ook zorgen over digitalisering in het onderwijs. Bijvoorbeeld de kans op verminderde onderwijskwaliteit bij verkeerde toepassing van data, kansongelijkheid en het niet kunnen waarborgen van de veiligheid van persoonsgegevens.
Het is zijn ideaal om een eenvoudig en helder overzicht te hebben waarin hij kan zien hoe zijn studievoortgang zich heeft ontwikkeld, hoe hij ervoor staat, en waar hij op basis van die inzichten zich de komende tijd op zou moeten focussen.
Het zou geweldig zijn als hij op de grotere vragen – zoals zijn planning, studievoortgang, en zaken die extra aandacht vragen – betrouwbare informatie heeft die hij makkelijk kan raadplegen. Bijvoorbeeld via een app en – als hij dat wil – kan delen met zijn medestudenten of begeleiders. Actueel, accuraat en toegesneden op de vakken die hij op dat moment volgt. Waar nodig kan hij inzoomen op een vak of zelfs specifieke onderdelen van dat vak, of juist uitzoomen naar de rest van zijn studie en zijn ontwikkeling in de afgelopen jaren.
Ook wil hij zelf zijn persoonlijke en unieke situatie kunnen meewegen. Ideeën of zorgen kan hij dan eenvoudig toetsen om de effectiviteit van zijn plannen en studie te verbeteren. Daar zal hij zich persoonlijk voor inspannen, maar hij verwacht ook dat de onderwijsinstelling hiervoor de juiste begeleiding biedt. Hij vertrouwt erop dat zijn universiteit zijn privacy waarborgt en bij het gebruik van studiedata zijn succes en welzijn vooropstelt.
De randvoorwaarden
Hij gaat ervan uit dat de universiteit waar hij studeert, na een zorgvuldig traject en mede dankzij zijn eigen inspanningen als lid van de studentenraad, erin zal slagen om de juiste randvoorwaarden te realiseren voor zijn wensen.
Zijn zorg is hoe de opleiding voorkomt dat het werken met studiedata onvoldoende rekening houdt met zijn succes en welzijn. Ook hoopt hij dat het gebruik van studiedata niet blijft steken bij een tijdelijke pilot van een docent, maar in alle vakken in zijn opleiding zal worden gebruikt. Hij ziet dat er een aantal zaken cruciaal zijn om daar te komen:
Een gedeelde visie op het belang van studiedata voor verbetering van het onderwijs en begeleiding van studenten bij iedereen in zijn opleiding;
Duidelijke ethische uitgangspunten die recht doen aan studenten en – nu hij er zo over nadenkt – ook docenten, en waarmee hij zeker weet dat studiedata benut wordt binnen de kaders van de privacywetgeving;
Een cultuur waarin docenten en opleidingsdirecteuren studiedata willen en kunnen gebruiken voor de verbetering van het onderwijs en het succes van studenten, maar waar studenten ook zelf de adviezen die daaruit voortkomen serieus nemen.
Ook verwacht hij goede begeleiding bij het lezen en interpreteren van studiedata. Hij gaat ervan uit dat er heldere afspraken worden gemaakt over wie er toegang heeft tot deze inzichten en wat daarin ieders verantwoordelijkheden zijn. Daarnaast neemt hij aan dat de informatie goed en gebruiksvriendelijk wordt ontsloten via een handig dashboard of een app. Als in deze randvoorwaarden een goede balans is, zou het gebruik van studiedata voor hem en zijn medestudenten echt ideaal kunnen worden.
In deze video wordt op en luchtige manier toegelicht wat studiedata is, de rol die privacy hierbij speelt, waarom én voor wie het 'Referentiekader privacy en ethiek voor studiedata' belangrijk is, en wat er zoal in staat.
Uitslag studentenchallenge ‘Slim inzetten van studiedata’
Hoe zouden studenten zelf studiedata het liefst inzetten? Om studenten te betrekken bij de (on)mogelijkheden van studiedata lanceerden SURF en Battle of Concepts eerder dit jaar de challenge ‘Slim inzetten van studiedata’. In dit artikel worden de winnaars voorgesteld.